•Begin niet aan stressrijke of emotionele gesprekken waardoor uw aandacht kan verslappen. Laat de persoon met wie u spreekt weten dat u achter het stuur zit en stel gesprekken uit die mogelijk uw aandacht kunnen afleiden van de weg.
Zorg voor correct onderhoud en gebruik van uw apparaat
Houd het apparaat droog
•Vocht en vloeistoffen kunnen de onderdelen of elektronische circuits in uw apparaat beschadigen.
•Schakel het apparaat niet in als dit nat is. Als het apparaat al is ingeschakeld, schakelt u het uit en verwijdert u de batterij onmiddellijk (als u het apparaat niet kunt uitschakelen of de batterij niet kunt verwijderen, laat u dit zo). Maak het apparaat vervolgens met een handdoek droog en breng het naar een servicecenter.
•Dit apparaat is uitgerust met interne vloeistofindicatoren. Waterschade aan het apparaat kan de garantie van de fabrikant laten vervallen.
Bewaar uw apparaat alleen op een vlakke ondergrond
Als uw apparaat valt, kan het beschadigd raken.Het apparaat kan worden gebruikt op locaties met een omgevingstemperatuur tussen 0 °C en 35 °C. U kunt het apparaat bewaren bij een omgevingstemperatuur tussen
•Bewaar het apparaat niet op zeer hete plaatsen, zoals in een auto in de zomer. Als u dit wel doet, kan er een storing in het scherm optreden, kan het apparaat worden beschadigd of kan de batterij ontploffen.
•Stel het apparaat niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht bloot (bijvoorbeeld op het dashboard van een auto).
•De batterij kan afzonderlijk worden bewaard op locaties bij een omgevingstemperatuur tussen 0 °C en 45 °C.